De ‘European Public Health Nutrition Alliance’ (EPHNA) is een vrij nieuw samenwerkingsverband tussen Europese nationale en regionale centra die verantwoordelijk zijn voor communicatie over gezond, duurzaam en veilig eten in hun land of regio. De EPHNA streeft naar een hechtere samenwerking ten behoeve van een gezonder Europa en kan haar eerste resultaten al voorleggen. Bedoeling is te evolueren naar gezamenlijke voedingsadviezen voor de verschillende lidstaten.
De EPHNA
Op initiatief van het Nederlandse Voedingscentrum kwamen in 2014 voor het eerst organisaties samen uit Duitsland, Zweden en Nederland om informatie en ervaringen uit te wisselen. In 2015 sloten ook twee organisaties uit Vlaanderen aan: NICE en het Vlaams Instituut Gezond Leven. Deze vijf pioniers erkenden het belang van een hechtere samenwerking ten behoeve van een gezonder Europa.
De EPHNA telt momenteel leden uit 15 landen (Duitsland, België, Oostenrijk, Zwitserland, Portugal, Spanje, Denemarken, Bulgarije, Polen, Malta, Griekenland, Ierland, Zweden, Letland en Nederland). Andere Europese landen hebben ook al aangegeven interesse te hebben om zich aan te sluiten.
Met steun van de WHO
De EPHNA heeft de volledige steun van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). In 2016 presenteerde de EPHNA zich voor het eerst officieel aan de Europese afdeling van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO-EU). De WHO hecht veel waarde aan het werk dat de EPHNA en haar leden doen en heeft de EPHNA geadopteerd als belangrijk netwerk. Ze ondersteunt en helpt de EPHNA verder uit te breiden, op voorwaarde dat alleen onafhankelijke centra (gesubsidieerd door de overheid) deelnemen. In 2017 vond een eerste gezamenlijke meeting plaats van de EPHNA en de WHO-EU. De uitkomsten van deze meeting zijn verschenen in een officiële WHO-publicatie1.
Waarom is een Europese alliantie nodig?
De EPHNA vindt dat alle consumenten in heel Europa toegang moeten hebben tot objectieve informatie en effectieve hulpmiddelen die hen helpen om gezonde voedselkeuzes te maken. Die objectieve informatie en hulpmiddelen ontbreken nog in veel landen. Het grootste probleem in vrijwel alle landen blijft het groeiend aantal mensen met overgewicht (met name bij kinderen en jongeren). Alle organisaties aangesloten bij de EPHNA ijveren voor het terugdringen van de obesogene omgeving waarin wij leven en vinden dat het aanbod in onze omgeving gezonder moet worden.
Inspireren en leren
Door een samenwerkingsverband als de EPHNA krijgen de individuele landen een goed beeld van wat er in de omliggende landen gebeurt. Dat kan inspirerend werken. We geven enkele voorbeelden. De Letse overheid heeft in de wet vastgelegd waaraan het aanbod op scholen moet voldoen. Energiedranken zijn daar voortaan verboden op school. De Letten nudgen bovendien de gezonde keuze via hogere belastingen op suikerrijke dranken en lagere belastingen op fruit. Portugal focust op een lokale aanpak door overgewichtinterventies voor gezinnen in te zetten op gemeentelijk niveau. Denemarken en Nederland richtten zich de afgelopen jaren op mannen met de boodschap om meer plantaardig te eten. Humor voerde hierbij de boventoon.
Door ervaringen, campagnes en interventies uit te wisselen, inspireren de leden elkaar. Het EPHNA-netwerk maakt het echter ook makkelijker om directe samenwerkingen aan te gaan en van elkaar te leren. Waar de ene inzet op een lokale aanpak, maakt een ander actief gebruik van sociale media. Het uitwisselen van kennis is van grote waarde voor alle EPHNA-leden en leidt tot een effectief gebruik van de beschikbare kennis in Europa.
Wat heeft EPHNA tot nu toe gerealiseerd?
- De creatie van een pan-Europese gemeenschap voor voedingscommunicatie met landen uit Noord-, West-, Zuid- en Oost-Europa.
- Een website: www.ephna.eu.
- De verschillen en gelijkenissen tussen de voedingsrichtlijnen van verschillende landen werden in kaart gebracht.
- Er zijn werkgroepen opgezet die focussen op gemeenschappelijke uitdagingen, bijvoorbeeld de groenteconsumptie verhogen.
- Presentaties van EPHNA op verschillende relevante Europese conferenties (bv. het symposium ‘Nutrition Communication in Europe’ tijdens FENS 2019 in Dublin).
- Europese financieringsmogelijkheden werden onderzocht.
Onze visie voor de toekomst
Uiteraard zijn er veel verschillen tussen landen, maar er zijn ook veel overeenkomsten, zeker op het vlak van de voedingsrichtlijnen in de verschillende Europese landen. Ondanks culturele verschillen en variaties in de voedingsmodellen per land, is de basis die aan de voedingsrichtlijnen (vooral ‘food based dietary guidelines’) ten grondslag ligt in alle landen nagenoeg dezelfde. Gemeenschappelijke basisadviezen op Europees niveau zijn volgens de EPHNA een eerste belangrijke stap in de verdere harmonisering in de advisering.