De voedingssector en de overheid slaan de handen in elkaar voor een meer gezonde voeding
Zij sloten een overeenkomst onder de noemer ‘Convenant Evenwichtige Voeding’. De voedingssector engageerde zich om de samenstelling van voedingsproducten te verbeteren maar ook om de portiegroottes en de marketing aan te passen. De afgelopen 5 jaar (2012-2017) werd er minder suiker, (verzadigd) vet en zout toegevoegd en voor meer vezels gezorgd. Ontbijtgranen brengen bijvoorbeeld gemiddeld 5,8 % minder suiker en 13 % meer vezels aan in vergelijking met 5 jaar geleden. Zuivelproducten, frisdranken en plantaardige drinks brengen respectievelijk gemiddeld 3,8 %, 7 % en 18 % minder toegevoegde suiker aan. Het totale suikergehalte in zuivelproducten bestaat uit melksuiker of lactose dat van nature in melk aanwezig is (5 g per 100 ml) en eventueel toegevoegde suiker.
Aan melk op zich, een belangrijk aandeel van de zuivelsector, is sowieso geen suiker toegevoegd. Zuivelproducten met minder toegevoegde suiker betreffen hier dus yoghurt, yoghurtdrink, chocomelk en desserts. In chocoladeproducten en koekjes werd een vermindering van respectievelijk 1,2 % en 3,2 % verzadigd vet opgetekend. Deze cijfers zijn gewogen gemiddelden. Dat betekent dat zij rekening houden met het marktaandeel van de producten. De cijfers per product kunnen sterk variëren. Meer info over de betreffende voedingsmiddelen is te raadplegen via www.convenantevenwichtigevoeding.be. De voedingsaanpassingen en de impact hiervan op het eet- en koopgedrag van de consument zullen verder worden geëvalueerd.
Een nutriëntarm product tover je niet zomaar om tot een nutriëntdens voedingsmiddel
Elke inspanning ter verbetering van de voedingssamenstelling van het voedingsaanbod is toe te juichen. Dat kan op bevolkingsniveau een gunstige impact hebben maar het mag de consument niet de idee geven dat de betreffende producten voortaan gezond zijn. De richtlijnen van de voedingsdriehoek voor een gezonde voeding blijven van kracht. Hoewel veel aangepaste producten nutritioneel gezien ‘gezonder’ zijn, behouden vele ervan hun plaats in de grijze zone (geen voorkeursproduct) of in de rode zone buiten de voedingsdriehoek. Bijvoorbeeld, sommige meer vezelrijke ontbijtgranen bevatten nog veel calorieën en suiker en chocolade en koekjes met enkele procenten minder verzadigd vet blijven nutriëntarme producten. Ze enkel ter variatie of per gelegenheid gebruiken blijft dus de boodschap, ook als ze in kleinere porties of verpakkingen worden aangeboden. Het etiket blijft een belangrijk handvat om de nutritionele kwaliteit van voedingsproducten te beoordelen.
Weinig of niet-bewerkte basisvoedingsmiddelen zoals volkorenbrood, verse groenten en fruit, melk, yoghurt natuur, verse vis, eieren en vers vlees, behouden hun plaats in de voedingsdriehoek als voorkeursproducten. Ook zij moeten voldoende aandacht krijgen ter promotie van een gezonde voeding.
Los van de wensen van de consument, zijn productaanpassingen door technologische beperkingen of aspecten van voedselveiligheid en productoorsprong ten slotte niet onbeperkt. Nutritionele aanpassingen hebben hun grenzen.
Meer focus op voedingsmiddelen en -patronen dan op voedingsstoffen en calorieën
De voedingswetenschap staat niet stil. Experten benadrukken dat gezondheidseffecten niet alleen meer mogen worden gezocht in het effect van voedingsstoffen, maar ook in het effect van voedingsmiddelen en voedingspatronen. De voedingsstoffen in voedingsmiddelen lijken te werken als een team. Ze interageren onderling en samen met andere bioactieve bestanddelen binnen verschillende structuren (bv. rauw, gekookt, gefermenteerd, gemalen) waardoor ze samen vaak andere en meer gezondheidseffecten vertonen dan elk apart. Dit zogenaamde voedingsmatrixeffect wordt steeds meer meegenomen in wetenschappelijk onderzoek over gezonde voeding. Ook ter preventie van overgewicht wordt regelmatig geopperd dat men niet alleen moet sleutelen aan de calorie-inname, maar ook aan een meer evenwichtige voedingsstoffeninname (minder energiedens, meer nutriëntdens).
Volgens de laatste voedselconsumptiepeiling eten de Belgen nog gemiddeld te veel vet en suiker maar velen hebben ook tekorten aan vezels en belangrijke vitaminen (B1, B2, B6, C, foliumzuur) en mineralen (calcium, ijzer bij vrouwen, kinderen en adolescenten). De Belgen eten dus nog te veel energierijke en nutriëntarme voedingsmiddelen en te weinig nutriëntrijke voedingsmiddelen. De voedingsdriehoek heeft al rekening gehouden met deze meer holistische inzichten. De omslag van de meer reductionistische visie (sterke focus op calorieën en nutriënten zoals vet, suiker en zout) naar een meer holistische (meer focus op voedingsmiddelen en gezonde voedingspatronen) moet verder worden gestimuleerd en geïntegreerd in diverse beleidsstrategieën in de strijd tegen voedingsgerelateerde chronische aandoeningen.
- www.convenantevenwichtigevoeding.be
- https://www.fevia.be/nl/pers/aanbod-voedingsproducten-op-belgische-markt-evenwichtiger-dan-5-jaar-geleden-0
- D. Mozaffarian et al. History of modern nutrition science – implications for current research, dietary guidelines and food policy. BMJ 2018; 361:k2392
- Nationale voedselconsumptiepeiling WIV – Resultaten 2014-2015 – Rapport 4: De consumptie van voedingsmiddelen en innamen van voedingsstoffen