Eten met warm weer

Drink voldoende

• Bij warm weer moet je meer drinken. Ook al heb je geen dorst. Drink ten minste anderhalve liter, bij voorkeur water. Drink regelmatig tussendoor. Beperk alcoholbevattende en suikerrijke dranken.
• Vooral bij bejaarden en kleine kinderen moet erop worden toegezien dat zij regelmatig en voldoende water drinken.
• Was hervulbare flesjes en drinkbekers altijd zorgvuldig uit. Wegwerpflessen worden best maar eenmalig gebruikt en niet opnieuw gevuld.

Eet gezond

• Sommige mensen hebben geen honger als het warm is. Tracht toch op regelmatige tijdstippen iets te eten. Frisse salades en andere rauwe groenten zijn een goed alternatief. Zij kunnen op diverse manieren met andere voedingsmiddelen worden gecombineerd. Spring zuinig om met mayonaise en andere sausen.
• Tijdens de zomerperiode is er een ruim aanbod van vers zomerfruit waardoor variëren makkelijk is. Fijngesneden gekoeld fruit biedt een aangename verfrissing en zet ertoe aan er regelmatig een hapje van te nemen.
• Een glas koude melk, karnemelk of yoghurt kunnen tussendoor eveneens verfrissing brengen.

Heb aandacht voor voedselveiligheid

• Bedenk dat bacteriën, ook ziekmakende, van warm weer houden en dan extra goed gedijen. Verlies daarom de volgende elementaire hygiëneregel nooit uit het oog: hou gekoelde producten koud en verhit warme gerechten voldoende.
• Neem op boodschappentocht een koeltas mee voor gekoelde en diepgevroren waren. Rij meteen naar huis. Maak geen ommetje met boodschappen in de koffer.
• Ga je picknicken, breng dan pas kort voor het vertrek de producten vanuit de koelkast over naar een voldoende gekoelde koelbox of -tas (4°C). Dat geldt zeker voor het beleg (al dan niet al op de broodjes), melkdrankjes en -desserts. Groenten, fruit en drankjes zijn ook lekkerder wanneer ze fris worden opgediend.
• Blijf je thuis, haal verse producten dan pas uit de koelkast net voor je ze gaat bereiden of opeten.
• Hou tijdens de bereiding rauwe en bereide voedingsmiddelen gescheiden, vooral ook tijdens het barbecueën. Gebruik aparte schotels, snijplanken, messen en vorken voor rauwe en bereide ingrediënten.
• Laat schotels met gegrilde producten maar ook salades, sauzen en dergelijke, nooit in de zon staan. Tracht alles warm (wat gebarbecued is) of koud (salades enz.) te houden. Wanneer je verschillende kleine porties voorziet, gaat dit makkelijker.
• Laat diepvriesproducten niet op kamertemperatuur ontdooien maar altijd in de koelkast. Groenten en vis bijvoorbeeld kunnen onmiddellijk worden bereid. Vooraf ontdooien is dan niet nodig.